Er niet tegen opgewassen
Vanmorgen
moest ik naar de belastingdienst in de stad om te betalen voor mijn
driemaandelijkse contributie voor de ziektekostenverzekering. Ik had
thuis netjes mijn geld uitgeteld en bij aankomst in het
belastingkantoor liep ik direct op de kassa af waar ik de vertrouwde
dames zag zitten in hun kleine kantoor.
Voor
hoeveel maanden ik wilde bijbetalen wilde de dame weten die in het
hokje aan de rechterkant zat? Ik zei dat ik voor de maanden april,
mei en juni wilde betalen en zij begon heftig op haar toetsenbord te
tikken. Zij printte twee vellen papier uit en gooide deze binnendoor
over naar haar collega die achter een bureau tegenover haar zat. Ik
moest bij deze collega betalen, dus zette ik één stap naar links en
stond nu voor het hokje van de collega. Ook zij begon wat in haar
computer te rommelen en noemde vervolgens een bedrag dat echt veel
hoger was dan waar ik op had gerekend. Het was bijna het dubbele
bedrag. 'Dit moet een vergissing zijn, zei ik. Ik betaal maar voor
drie maanden.' Het bleek geen vergissing. Bij mijn vorige betaling in
januari was er volgens de vrouw nog geen rekening gehouden met een
eventuele prijsstijging, maar die was nu doorgevoerd.
Dit
kon toch niet waar zijn? Een beetje prijsverhoging is prima, maar
ongeveer het dubbele betalen? Ik zei tegen deze vrouw dat ik hiervoor
niet genoeg geld bij mij had (pinnen kan daar namelijk niet).
Eigenlijk was ik ook een beetje perplex en ik baalde enorm van die
grote uitgave die ik moest doen. Ik besloot dan maar voor twee
maanden te betalen want daar had ik net genoeg geld voor bij me. 'Dat
kan niet meer, liet de kassière weten. Het staat al in de computer
dat u voor drie maanden gaat betalen. Ik voelde me voor het blok
gezet. Mocht ik dan met alle geweld voor twee maanden willen betalen,
dan moest ik weer terug naar haar collega. Ik zette een stap naar
rechts en stond weer voor de neus van deze collega. Deze vrouw was
ronduit onbeschoft en absoluut niet behulpzaam. Nee, ik kon niet voor
twee maanden betalen. Geen discussie over mogelijk. Uiteindelijk kon
ik dan wel voor één persoon betalen. Die andere kon zij kennelijk
annuleren. Met veel ongeduld vroeg zij welke ik dan wilde betalen en
hield om mij de keuze te laten eerst mijn papier en daarna die van
Mircea omhoog? 'Nou, welke wordt het?' vroeg zij ongeduldig. Ik moet
er bij vermelden dat er niemand achter mij stond te wachten, dus
enorme haast had zij niet, maar zij had hier duidelijk geen zin in en
wilde dit snel afhandelen.
Ik
besloot alleen voor mijzelf te betalen en deed weer een stap naar
links om te betalen. Ondertussen was ik zo opgefokt en zo boos op
deze hele situatie dat ik mij niet meer in bedwang had. De tranen
biggelden over mijn wangen. Alina riep de hele tijd, 'rustig maar
mama.' Ik wilde absoluut niet huilen en zeker niet voor dit soort
stomme vrouwen, maar ik had mijn dag niet en ik kon dit er echt niet
bij hebben. Op dat moment had ik het helemaal gehad met die
achtelijke bureaucratie dat klote systeem van die verzekering.
Als
je namelijk voor deze verzekering hebt betaald bij de belastingdienst
dan moet je daarna nog naar een ander kantoor ergens in de stad om
door een mevrouw jouw net verkregen bewijs in de computer te laten
zetten. Dit bewijs kunnen zij van de belastingdienst niet per
computer doorsturen naar het bedrijf van de ziektekostenverzekering.
Ongelooflijk.
Ik
verliet met Alina het gebouw. Ik was redelijk ontdaan en overstuur
van dit voorval. Ik belde Mircea en vertelde hem wat er zojuist
was gebeurd. 'Dat je daar nog van opkijkt na zes jaar in Roemenië,' vroeg hij mij. Dat ik mij door zo'n sacherijnig mens in
zo'n hokje laat opfokken. 'Doet die vrouw onbeleefd tegen jou, dan
moet je gewoon onbeleefd terug doen. Dat zijn ze hier gewend bij dat
soort instanties. Zij is gewoon een soort robot in dat hok en als het
anders gaat dan zij is gewend dan weet zo'n vrouw daar kennelijk geen
raad mee. Het gaat zoals zij het wil en niet anders.'
Terwijl
ik met Mircea zat te bellen, zag ik de kassière naar buiten komen en
zag dat zij op mijn auto afliep. Ik stapte uit en liep haar tegemoet.
'Oh mevrouw, wat vervelend nou allemaal,' zei ze. 'U moet toch niet
huilen? Komt u gewoon mee naar binnen en dan maken wij het alsnog in
orde dat u voor twee personen voor twee maanden kunt betalen.' Ik
liep met haar naar binnen terug naar de hokjes in de hoek.
Haar
collega, die duidelijk not amused was, snauwde mij toe dat ik op een
papiertje moest schrijven dat de drie maanden, die ik in de eerste
instantie zou betalen, werden geannuleerd omdat ik niet genoeg geld
bij mij had. Zij dicteerde iets en ik verstond alleen maar 'niet
genoeg geld'. Dit schreef ik op in Roemeens, maar zij zei dat ik nog
die andere woorden erbij moest schrijven. Ik zei tegen haar dat het
misschien wel duidelijk moest zijn dat ik geen Roemeense ben en dat
ik niet precies verstond wat zij zei. Zij griste het papier uit mijn
hand en schreef het zelf op. Oh, als ik dat mens uit dat hokje kon
trekken! Bij de kassière betaald ik voor de twee maanden. Zij
gebaarde naar mij zoiets in de trant van, 'ah joh, trek het je niet
aan, die vrouw is niet helemaal goed bij haar hoofd.' Ik moest er wel
om lachen. Toch aardig van die vrouw om naar mij toe te komen. Ik
dankte haar voor haar medewerking en liep met een wat geruster hart
naar buiten. Ik voelde mij een beetje lullig naar Alina toe. Geen
goed voorbeeld. Een moeder die zich helemaal liet gaan bij de
belastingdienst!
Omdat
het Paasvakantie is zijn Alina en ik daarna nog even naar de shopping
Mall geweest. Sinds kort heeft zij kleedgeld en is zij ineens een
stuk kieskeuriger geworden in het kopen van kleding, maar ze wil toch
graag kijken in de winkels.
Gelukkig
hebben wij 's avond kunnen lachen om dit bizarre voorval van die
ochtend. Ik moet mij natuurlijk niet zo op de kast laten jagen door
zo'n vreselijk mens in een hok, maar goed, de ene keer ben je er beter tegen de
bestand dan de andere. Deze keer was ik dat duidelijk niet.
Reacties
Een reactie posten